In 1998 zijn 13 Vlaamse begijnhoven in Brugge, Dendermonde, Diest, Gent (Ter Hoyen en Sint-Amandsberg), Hoogstraten, Kortrijk, Leuven, Lier, Mechelen, Sint-Truiden, Tongeren en Turnhout als werelderfgoed erkend. De begijnhoven zijn opgericht vanaf de 13e eeuw, voor vrouwen die ‘samen in afzondering’ een godvruchtig leven wilden leidden zonder een kloostergelofte af te leggen. Ze bloeiden vooral in de Lage Landen. Begijnhoven vormen vandaag nog altijd vaak eilandjes in het stedelijke weefsel, die getuigen van de fascinerende traditie van de begijnen.