Een wetenschappelijke studie onderzocht voor het eerst hoeveel broeikasgassen er worden uitgestoten en geabsorbeerd in bossen in werelderfgoedgebieden. Daaruit blijkt dat werelderfgoedbossen jaarlijks 190 miljoen CO2 uit de atmosfeer absorberen. Tien bossen hebben echter meer koolsof uitgestoten dan ze hebben vastgehouden, voornamelijk het gevolg van menselijke activiteit en klimaatverandering.
Door satellietgegevens te combineren met data van waarnemingen in de sites, konden onderzoekers van Unesco, het World Resources Institute (WRI) en de International Union for Conservation of Nature (IUCN) de bruto en netto koolstof die tussen 2001 en 2020 werd geabsorbeerd en uitgestoten door werelderfgoedbossen schatten en bepalen wat de oorzaken waren van sommige emissies.
Uit het onderzoek bleek dat werelderfgoedbossen op 257 afzonderlijke locaties elk jaar het equivalent van ongeveer 190 miljoen ton CO2 uit de atmosfeer absorbeerden, vergelijkbaar met ongeveer de helft van de jaarlijkse CO2-emissies van fossiele brandstoffen in het Verenigd Koninkrijk.
Werelderfgoedbossen, waarvan de totale oppervlakte van 69 miljoen hectare ongeveer twee keer zo groot is als Duitsland, zijn ecosystemen die rijk zijn aan biodiversiteit. Naast het absorberen van CO2 uit de atmosfeer, slaan ze ook aanzienlijke hoeveelheden koolstof op. Het vasthouden van koolstof door deze bossen gedurende lange perioden heeft geleid tot een totale koolstofopslag van ongeveer 13 miljard ton koolstof, wat meer is dan de koolstof in de oliereserves van Koeweit. Als al deze opgeslagen koolstof als CO2 in de atmosfeer zou worden vrijgelaten, zou dat vergelijkbaar zijn met het uitstoten van 1,3 keer de totale wereldwijde jaarlijkse CO2-uitstoot van fossiele brandstoffen.
Bevindingen uit 10 werelderfgoedbossen zijn zorgwekkend
Werelderfgoedsites genieten een goede bescherming. Daarom is het zorgwekkend dat 10 van de 257 bossen tussen 2001 en 2020 als gevolg van menselijke interventie meer koolstof hebben uitgestoten dan ze hebben vastgelegd.
Op sommige plekken zorgde het vrijmaken van land voor landbouw ervoor dat de emissies groter waren dan de vastlegging. Ook de toenemende omvang en ernst van natuurbranden, vaak samengaand met periodes van grote droogte, is in een aantal gevallen een overheersende factor. Andere extreme weersverschijnselen, zoals orkanen, waren een bepalende factor op andere plaatsen.
De verwachting is dat het vermogen om CO2 te absorberen en koolstof op te slaan in de komende jaren nog op meer plaatsen zal worden aangetast. Oorzaken zijn de verdere versnippering en degradatie van landschappen en frequentere en intensere extreme weerfenomenen.
Beter beheer van sites kan resultaten opleveren
Het rapport van de studie dringt aan op een sterke en duurzame bescherming van werelderfgoedsites en hun omliggende landschappen om ervoor te zorgen dat hun bossen kunnen blijven fungeren als robuuste koolstofopslagplaatsen voor toekomstige generaties. Om dit te bereiken beveelt het rapport aan om snel te reageren op klimaatgerelateerde gebeurtenissen en om werk te maken van een verbeterd landschapsbeheer.