Unesco directeur-generaal Irina Bokova reageert verheugd op de oprichting van Education Cannot Wait, een nieuw fonds voor onderwijs in noodsituaties. Het fonds is op 23 mei 2016 voorgesteld tijdens een zitting van de World Humanitarian Summit in Istanboel.
"Er zijn dringend uitzonderlijke maatregelen nodig om te voldoen aan de onderwijsbehoeften van miljoenen kinderen en jongeren waarvan de toekomst wordt gehypothekeerd door conflicten, ontheemding en natuurrampen," zei Bokova. "Dit fonds sluit aan bij de ambitie van Agenda 2030 om iedereen kwaliteitsvol onderwijs te bieden, zelfs in de moeilijkste omstandigheden."
Het onmiddellijke doel van het fonds is om de komende vijf jaar 3,85 miljard dollar in te zamelen om de 13,6 miljoen kinderen te bereiken van wie het onderwijs is verstoord door conflicten en andere humanitaire noodsituaties. De verwachting is dat het fonds 75 miljoen kinderen en jongeren zal bereiken tegen 2030. Een kwart van de kinderen van schoolgaande leeftijd woont in een land waar een conflict woedt. Het gaat om zo'n 500 miljoen kinderen die school missen, weinig kwaliteitsvol onderwijs krijgen of het risico lopen voortijdig te stoppen met school.
Onderwijs in noodsituaties blijft schromelijk ondergefinancierd door de internationale gemeenschap. Er gaat minder dan 2% van de humanitaire hulp naar toe. "Om te kunnen voldoen aan de immense behoeften, zouden we er naar moeten streven om 10% van alle humanitaire noodhulp te spenderen aan onderwijs in noodsituaties," zei Bokova. Ze wees er op dat de Europese Unie zich geëngageerd heeft voor een stijging naar 4%.
Unesco zal mee bepalen hoe het fonds werkt. De Organisatie coördineert voor de Verenigde Naties de inspanningen voor Duurzaam Ontwikkelingsdoel 4 om "gelijke toegang tot kwaliteitsvol onderwijs te verzekeren en levenslang leren voor iedereen te bevorderen".
In de aanloop naar de humanitaire VN-top verscheen er een beleidsnota onder de titel No More Excuses. Daarin staat te lezen dan slechts de helft van de kinderen die op de vlucht zijn, basisschool lopen en dat slechts een kwart van de adolescenten op de vlucht secundair onderwijs volgt.